Bij inkeer geen boete over oude jaren?!

In afgelopen jaren is de inkeerregeling voor niet aangegeven inkomen/vermogen verschillende keren gewijzigd. Keert u tegenwoordig in dan is geen boete verschuldigd over de afgelopen 2 jaar, maar wel over de periode daarvoor. Omdat eerder bij inkeer überhaupt geen boete verschuldigd was, is het de vraag of de nieuwe regeling wel standhoudt in het licht van internationale verdragen. Die vraag licht nu bij de rechter voor. In ons artikel zullen wij eerst de inkeerregeling toelichten en daarna de recente ontwikkelingen.

Inkeerregeling – vrijwillige verbetering

Zoals wij eerder al hebben beschreven, is het mogelijk om abusievelijk in uw aangifte vergeten buitenlands of binnenlands vermogen (‘zwartsparen’) en/of inkomen alsnog middels de inkeerregeling op te geven.  U kunt alleen gebruik maken van de inkeerregeling als de Belastingdienst nog niet bekend is met deze inkomsten of dit vermogen.

Bij het gebruiken van de inkeerregeling neemt u (of uw adviseur) contact op met de Belastingdienst om aan te geven dat er vermogen in uw aangifte heeft ontbroken. De Belastingdienst stuurt hierop een vragenbrief waarin zij meer informatie vraagt over de aard en omvang van het vermogen. Vervolgens zal in een vaststellingsovereenkomst worden vastgesteld welk bedrag aan belasting, belastingrente (en/of heffingsrente) en boete u verschuldigd bent.

Het voordeel van de inkeerregeling is dat de verschuldigde boete zal worden gematigd. U bent geen boete verschuldigd over de laatste twee jaar en een gematigde boete over de periode daarvoor. Waar wij eerder zagen dat de inkeerregeling veel voor buitenlands vermogen werd gebruikt, merken wij de laatste tijd dat personen met bitcoins / cryptocurrency deze alsnog bij de Belastingdienst willen melden.

Wijziging regeling

In juli 2014 is de inkeerregeling gewijzigd: vóór die datum was bij inkeer geen boete verschuldigd, terwijl vanaf die datum alleen de inkeer over de laatste twee jaar boetevrij blijven. Wel wordt bij de inkeerregeling de boete over de periode daarvoor gematigd.

Op dit moment ligt bij de rechter de vraag voor of deze wijziging niet in strijd is met internationale verdragen. Feitelijk heeft het beboetbare feit zich voorgedaan op het moment dat de onvolledige aangifte is ingediend. Als dat vóór 1 juli 2014 was, zou destijds bij inkeer geen boete zijn verschuldigd. Doordat nu wel een boete wordt opgelegd, wordt een zwaardere straf opgelegd dan ten tijde van het beboetbare feit. Hierdoor is het de vraag of de nieuwe inkeerregeling wel verenigbaar is met art. 7 EVRM (Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens) en art. 15 IVBPR (Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten van de Mens). Volgens deze artikelen mag er geen zwaardere straf worden opgelegd dan ten tijde van het plegen van het strafbaar feit van toepassing zou zijn geweest.

In de casus voor de rechter, heeft Advocaat-Generaal IJzerman de Hoge Raad geadviseerd om prejudicieel advies te vragen aan het EHRM over de verenigbaarheid van de nieuwe inkeerregeling met zowel het EVRM als het IVBPR. Het zal daarmee nog even duren voordat zekerheid over deze vraag zal bestaan.

Gevolgen voor u

Als u van plan bent om niet eerder aangegeven inkomen of vermogen bij de Belastingdienst te melden, raden wij u aan om een adviseur te raadplegen. Wij kunnen u daarbij van dienst zijn om de inkeer richting de Belastingdienst succesvol af te ronden.

Als bij u een inkeertraject loopt of recent is afgerond, is het de vraag of een boete over verleden jaren wordt opgelegd. Gezien het feit dat de rechter zich gaat uitlaten over de rechtmatigheid van een dergelijke boete, raden wij u aan om uw situatie te laten beoordelen. Wij kunnen u in dat geval adviseren of de boete kan worden bestreden.

Mocht u andere vragen hebben over dit onderwerp, aarzel dan niet om vrijblijvend contact op te nemen.

Meer informatie?

Benieuwd wat wij voor u kunnen betekenen?

Neem contact op
Deze website maakt gebruik van cookies.
Annuleren